Op dit moment is er in het Stadsarchief een tentoonstelling over de 400 dagen die Vincent van Gogh in Amsterdam heeft gewoond. In het begin logeerde hij bij zijn oom, die als Schout bij Nacht de commandant was van het marineterrein op Kattenburg.
Een van de deel-onderwerpen van de tentoonstelling is Vincent’s kerkbezoek. Men heeft bij de verschillende kerken die hij bezocht afbeeldingen gezocht, en voor de Oosterkerk zijn dat er drie:
Er is een schilderij van de achterkant van de kerk, door Hendrik Willebrord Jansen (1855-1908), geschilderd in de periode ca. 1899-1902. Het is geschilderd van het scheepswerfje achter de Grote Wittenburgerstraat 7-9, opzij van de kerk.Het is een olieverf op doek uit een particuliere collectie.
Dan is er een tekening door Reinier Craeyvanger (1812-1880) van het interieur van de Oosterkerk, ca. 1850. Zwart en wit krijt, op grijs papier uit de collectie van het Stadsarchief Amsterdam
De derde prent is een houtsnede van Alfred Rethel (1816-1859) met als titel ‘Der Tod als Freund’ uit 1851. In een brief aan zijn broer brengt Vincent deze prent ter sprake omdat hij de oude man erop associeerde met de toenmalige koster van de Oosterkerk, Jacobus Cornelis Kroese (1829-1899). In 1877 was hij al dertien jaar koster en hij zou deze functie nog eens tweeëntwintig jaar bekleden. Met een vijfendertig-jarig dienstverband is hij de langst werkzame koster uit de geschiedenis van de Oosterkerk. Hij heeft Vincent vele jaren overleefd.
De tentoonstelling (nog tot 17 april) is een bezoek waard, niet alleen voor de Oosterkerk-onderdelen.
Stadsarchief, Vijzelstraat 32, geopend dinsdag-vrijdag van 10.00-17.00 uur en op zaterdag en zondag van 12.00-17.00
Met dank aan de rechthebbenden voor de toestemming voor het gebruiken van bovenstaande afbeeldingen.